Spotprenten in het geschiedenisonderwijs Waarom spotprenten gebruiken 2 Om leerlingen iets te leren Wat kun je leren van spotprenten Om iets te toetsen Wat toets je met spotprenten Bedenk een of meer ID: 274380
Download Presentation The PPT/PDF document "Albert van der Kaap" is the property of its rightful owner. Permission is granted to download and print the materials on this web site for personal, non-commercial use only, and to display it on your personal computer provided you do not modify the materials and that you retain all copyright notices contained in the materials. By downloading content from our website, you accept the terms of this agreement.
Slide1
Albert van der Kaap
Spotprenten in het geschiedenisonderwijsSlide2
Waarom spotprenten gebruiken?
2
Om leerlingen iets te leren?
Wat kun je leren van spotprenten?
Om iets te toetsen?
Wat toets je met spotprenten?Slide3
Bedenk een of meer
toetsvragen bij deze spotprent.
3Slide4
Bedenk een of meer
toetsvragen bij deze afbeeldingen.
4Slide5
In
beide tekeningen wordt een ontwikkeling/gebeurtenis weergegeven in Duitsland ten tijde van de Koude Oorlog.
Over
welke ontwikkeling/gebeurtenis gaat bron 1 en over
welke ontwikkeling/gebeurtenis bron 2? Licht je antwoord telkens toe aan de hand van een element uit de bron.
Welk oorzaak/gevolg verband is er tussen beide ontwikkelingen?Je kunt de moeilijkheidsgraad van de opdracht aanmerkelijk verhogen door de vraag zeer open te maken. In dat geval wordt een veel groter beroep gedaan op de analysevaardigheden van de leerlingen. Welk verband is er tussen bron 1 en 2. Licht je antwoord toe aan de hand van elementen uit de bronnen. 5
Bron 1
Bron 2Slide6
Beoordelingsmodel
6Slide7
Taxonomie van
Bloom
7Slide8
Beschrijf zo nauwkeurig mogelijk wie en wat je op de spotprent ziet.
8Slide9
Geef zo nauwkeurig mogelijk aan wanneer deze spotprent is gemaakt. Waarom denk je dat?
9Slide10
In deze prent gemaakt door een Russische of een Westerse (Amerikaanse of Engelse) tekenaar? Beredeneer je antwoord met behulp van elementen uit de prent.
10Slide11
Wat wil de tekenaar met zijn prent zeggen?
11Slide12
Ben jij het eens met de visie van de tekenaar? Geef een beredeneerd antwoord.
12Slide13
Wat wordt er van de leerlingen gevraagd 1?
Algemene vaardigheden
Informatie kunnen lezen en
begrijpen:
De
leerling begrijpt de vragen en de bronnen. Informatie selecteren uit gegeven contextrijke
bronnen:De leerling zoekt in de bronnen relevante elementen die het mogelijk maken een antwoord te geven op de vragen.Informatie ordenen uit een veelheid van gegevens:De leerling vergelijkt informatie uit de bron(nen) met eigen kennis. Redeneervaardigheden:De leerling bouwt, als antwoord op de vraag, een redenatie op met argumenten ontleend aan de bronnen en eigen kennis.
13Slide14
Wat wordt er van de leerlingen gevraagd 2?
Historische vaardigheden
De leerling redeneert
over en met
bronnenDe leerling herkent in de bron (en de toelichting) een interpretatie.De leerling weet hoe je spotprent moet analyseren.
De leerling onderbouwt een interpretatie van de spotprent. 14Slide15
Wat wordt er van de leerlingen gevraagd 3?
Metacognitieve
vaardigheden
Oriënteren
op de opdracht: De leerling vraagt zich af waarop hij moet letten bij het analyseren van de bronnen om antwoord te kunnen geven op de vragen
De leerling weet wat er van hem verwacht wordt als hij een beredeneerd antwoord moet geven.Proces bewakenDe leerling houdt tijdens de uitvoering van de taak in de gaten of het proces volgens plan verloopt (monitoring)BijstellenDe leerling vraagt zich, werkende aan de opdracht, geregeld af of de door hem geselecteerde elementen inderdaad informatie geven die relevant is voor het beantwoorden van de vragen.EvaluerenDe leerling vraagt zich af of het door hem gegeven antwoord voldoet aan de eisen die in de vragen gesteld zijn.
Reflecteren
De leerling vraagt zich af of de door hem gekozen werkwijze heeft geleid tot een bevredigend antwoord.
15Slide16
Wat wordt er van de leerlingen gevraagd 4?
Kennis
De leerling heeft contextkennis van de politieke ontwikkelingen
direct na de Tweede Wereldoorlog.
De leerling kent en begrijpt het begrip Koude Oorlog.
De leerling weet wat het Atlantisch Pact/de NAVO is.De leerling herkent in de persoon rechts StalinDe leerling herkent in de personen links Weterse landen, die lid zijn van de NAVO.De leerling weet dat je vanuit verschillende perspectieven naar een gebeurtenis kunt kijken.16Slide17
17Slide18
Analyse van spotprenten op hoofdlijnen
Denk na over de gebeurtenissen in die periode
Kijk naar de datum. Bedenk welke belangrijke gebeurtenissen er toen plaatsvonden. Wie waren hierbij betrokken
?
Kijk
goed wat er op de prent te zien
isSchrijf op wat je allemaal op de prent ziet en let vooral op de details. Kijk wat er gebeurt/gedaan wordt en hoe dit wordt weergegeven. Let nog niet op de betekenis. Bedenk wat de tekenaar met de cartoon wil zeggen en wat zijn motieven zijnWie is de tekenaar, waar komt hij vandaan, wat is zijn achtergrond. Welke visie kan hij gehad hebben op de gebeurtenis(sen)? Ga terug naar de cartoon
Kijk
goed naar wat je hebt genoteerd. Weet je waar de personen/dieren voor staan? Wat zeggen ze en wat bedoelen ze? Bedenk dan wat de tekenaar met zijn prent wil zeggen.
Ga terug naar de gebeurtenissen
Vraag je tenslotte af welke nieuwe informatie je hebt gekregen over de gebeurtenis(sen). Begrijp je nu beter wat
er is gebeurd en hoe mensen daarover dachten?
18Slide19
Kijken naar personen
Welke figuren/personages zie je? Beschrijf hun uiterlijk.
Wie
stellen deze figuren/personages voor? Een figuur kan een persoon zijn die daadwerkelijk heeft
bestaan maar kan ook een symbool zijn dat betrekking heeft op een land of bepaalde groep. Let op tekst of symbolen op hun lichamen!
Zijn ze positief of negatief afgebeeld? Complimenteus, overdreven of kritisch? Een cartoonist legt altijd kritiek, ironie of humor in zijn tekening. Wat doen de hoofdfiguren? Wie of wat is het slachtoffer? 19Slide20
Kijken naar objecten
Welke objecten zie je op de cartoon? Benoem ze allemaal.
Wat stellen deze objecten voor? Let op symbolen op de afgebeelde objecten en let op de symbolische betekenis van bepaalde objecten (zoals donkere lucht = dreiging, treurwilg = treurnis, Christuskruis = dood, schedel = dood).
Zijn ze positief of negatief afgebeeld? Complimenteus, overdreven of kritisch?
Heeft de cartoon een onderschrift of een titel? Een onderschrift of titel zegt veel over een cartoon. De tekst kan samenvattend zijn of de bedoeling hebben een (grappige) boodschap duidelijk te maken.
20Slide21
Kijken naar het thema
Op welke historische gebeurtenis heeft de cartoon betrekking? Bedenk daarbij dat een cartoon niets anders is dan een (kritisch/humorvol/ironisch) stripverhaal van een historische gebeurtenis.
Welke boodschap heeft de tekenaar over dit thema? Vraag je af wat de mening van de tekenaar over het door hem afgebeelde thema is.
Let ook op extra informatie. Staat de naam van de tekenaar aangegeven? Zijn nationaliteit? Het jaar wanneer de cartoon is gemaakt (is de cartoon getekend ten tijde van de gebeurtenis of veel later?)?
21Slide22
Vergelijking
Klopt de cartoon met wat jij over dit thema weet
?
Vergelijk of dat wat afgebeeld is, overeenkomt met dat wat jij er van weet. Geeft de tekenaar hetzelfde beeld, of wijkt zijn versie van het verhaal af?
22Slide23
23
Waarvan beschuldigt Stalin het westen?
Geef zo nauwkeurig mogelijk aan wanneer de spotprent is gemaakt. Licht je antwoord toe.
Is de tekenaar het met Stalin eens? Licht je antwoord toe
Het prikkeldraad vormt de woorden
Atlantic
Pact (Atlantisch verdrag=
NAVO
).
Encirclement
! = Omsingeling!
Warmongers
! = Oorlogsstokers!
De persoon rechts is Stalin
De personen links stellen
NAVO-landen voor
Versie 1Slide24
24
Wie is de persoon rechts op de prent?
Welke landen zijn afgebeeld binnen het prikkeldraad?
Waarvan beschuldigt de persoon rechts op de prent de mensen binnen het prikkeldraad?
Geef zo nauwkeurig mogelijk aan wanneer de spotprent is gemaakt. Licht je antwoord toe.
Wat wil de tekenaar met zijn prent zeggen?
Toelichting
Het prikkeldraad vormt de woorden
Atlantic
Pact (Atlantisch verdrag=
NAVO
).
Encirclement
! = Omsingeling!
Warmongers
! = Oorlogsstokers!
Versie 2Slide25
25
Wie is de persoon rechts op de prent?
Welke landen zijn afgebeeld binnen het prikkeldraad?
Welke organisatie wordt bedoeld met Atlantisch Pact?
Waarvan beschuldigt de persoon rechts op de prent de mensen binnen het prikkeldraad?
Geef zo nauwkeurig mogelijk aan wanneer de spotprent is gemaakt. Licht je antwoord toe.
Wat wil de tekenaar met zijn prent zeggen?
Toelichting
Het prikkeldraad vormt de woorden
Atlantic
Pact (Atlantisch verdrag).
Encirclement
! = Omsingeling!
Warmongers
! = Oorlogsstokers!
Versie 3Slide26
26
Beschrijf zo nauwkeurig mogelijk wat en wie je ziet op deze spotprent.
Geef zo nauwkeurig mogelijk aan wanneer de spotprent is gemaakt. Licht je antwoord toe.
Wat wil de tekenaar met zijn prent zeggen?
Toelichting
Het prikkeldraad vormt de woorden
Atlantic
Pact (Atlantisch verdrag).
Encirclement
! = Omsingeling!
Warmongers
! = Oorlogsstokers!
Versie 4Slide27
27
Wie is de persoon rechts op de prent?
Welke landen zijn afgebeeld binnen het prikkeldraad?
Welke organisatie wordt bedoeld met Atlantisch Pact?
Waarvan beschuldigt de persoon rechts op de prent de mensen binnen het prikkeldraad?
Geef zo nauwkeurig mogelijk aan wanneer de spotprent is gemaakt. Licht je antwoord toe.
Wat wil de tekenaar met zijn prent zeggen?
Toelichting
Het prikkeldraad vormt de woorden
Atlantic
Pact (Atlantisch verdrag).
Encirclement
! = Omsingeling!
Warmongers
! = Oorlogsstokers!
Versie 5Slide28
28
Versie 6
Dateer deze prent zo nauwkeurig mogelijk.
Is deze prent gemaakt door een Russische of een Westerse (Amerikaanse of Engelse) tekenaar? Beredeneer je antwoord met behulp van elementen uit de prent.
Wat wil de tekenaar met zijn prent zeggen?Slide29
29
Versie 7
Analyseer de spotprent.Slide30
De
Navo
30
Vergelijk beide spotprenten met elkaar en maak duidelijk dat ze gemaakt zijn door dezelfde tekenaar (
Leslie Gilbert
Illingworth
).